Nederlanders korter, maar nog steeds het langst
Geplaatst op 17 september 2021
Voor dit onderzoek zijn alle lengtegegevens uit de Gezondheidsenquęte (1981-2020) en de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen (2012, 2016 en 2020) geanalyseerd. Deze onderzoeken zijn gebaseerd op zelfrapportage. Dit onderzoek is beperkt tot personen die in Nederland geboren zijn. In totaal zijn de lengtes geanalyseerd van 719 duizend personen van 19 tot en met 60 jaar. Deze lengtes zijn vervolgens toegewezen aan de overeenkomstige geboortejaren van de respondenten. Per geboortejaar worden schattingen gegeven voor de gemiddelde lengte op 19-jarige leeftijd van die generatie.
Generatie geboren rond 1980 het langst
Volgens de uitkomsten van het onderzoek werden mannen die zijn geboren in 1930 gemiddeld 175,6 cm lang, degenen die zijn geboren in 1980 bereikten een lengte van 183,9 cm. Mannen zijn dus in 50 jaar tijd gemiddeld 8,3 cm langer geworden. Ook vrouwen groeiden flink. Zo werd de generatie vrouwen uit 1930 gemiddeld 165,4 cm, zij die in 1980 werden geboren kwamen uit op 170,7 cm, bijna 5,3 cm meer. Bij de generaties na begin jaren 80 is de lengtegroei gestopt. De huidige 19-jarige mannen, geboren in het begin van het millennium, zijn gemiddeld 1 cm kleiner, de vrouwen zijn gemiddeld 1,4 cm kleiner.
De afname hangt deels samen met de toegenomen immigratie van minder lange nieuwe bevolkingsgroepen en de hieruit in Nederland geboren kinderen. Maar ook bij de generaties bij wie ook beide ouders in Nederland zijn geboren, en bij de generaties bij wie alle vier de grootouders in Nederland zijn geboren, stagneerde de groei. Mannen zonder migratieachtergrond werden niet nóg langer en bij vrouwen zonder migratieachtergrond is een neerwaartse trend te zien.
21 procent van de mannen langer dan 190 cm
Begin jaren 50 waren lange mannen (190 cm of meer) nog zeer bijzonder. Niet meer dan 3 procent van de generatie uit 1930-1934 bereikte een lengte van minimaal 190 cm. In 2020 is ruim een op de vijf jonge mannen minstens 190 cm lang, 7 procent is langer dan 195 cm. Een lengte korter dan 175 cm was in de jaren 50 heel normaal voor een man: 42 procent van de jonge mannen was kleiner dan 175 cm. Deze lengte zien we minder in het huidige straatbeeld: 12 procent van de jonge mannen heeft de 175 cm niet gehaald.
Bij vrouwen is het beeld vergelijkbaar. Rond 1950 was een vrouw van 180 cm lang nog zeldzaam. Nog geen 2 procent van de vrouwelijke generatie uit de jaren 30 bereikte deze lengte. Tegenwoordig lopen er meer lange vrouwen rond. Bijna een op de 10 meisjes die rond 1980 zijn geboren werd minstens 180 cm lang. Dit aantal loopt wel wat terug bij de jongste generatie.
Grote Friezen, kleine Limburgers
Er is een opvallend groot lengteverschil tussen mensen uit het noorden en zuiden van Nederland. Dit verschil in lengte is er al jaren. Het gemiddelde lengteverschil tussen bijvoorbeeld een jonge Fries en een jonge Limburger blijft al decennia stabiel tussen 3 en 3,5 cm, bij de vrouwen uit deze provincies ligt dit verschil rond 3 cm. De Limburgers zijn de kleinste Nederlanders, gevolgd door de Brabanders en de Zeeuwen. De Groningers, Friezen, Drentenaren en Overijsselaren zijn de langste mensen van Nederland. Dit geldt zeker voor de huidige veertigers, die gemiddeld 185 cm (mannen) en 172 cm (vrouwen) zijn.
Nederland nog altijd het langste volk ter wereld
Ruim een eeuw geleden bevonden de langste mensen zich nog voornamelijk in Noord-Amerika en Noord-Europa (Zweden en Noorwegen). De eerste generatie Nederlanders die de status van langste ter wereld bereikte werd naar schatting eind jaren 50 geboren, blijkt uit internationaal onderzoek. Dit geldt zowel voor de vrouwen als de mannen. De generatie geboren begin deze eeuw heeft deze status nog steeds.
Bron: Goedemorgen
Meer nieuws